Na jaren van afstotende maatregelen, waaronder recent de invoering van het leenstelsel, is nu het verhogen van de studieleningrente de nieuwste horde voor armere studenten geworden. Dat studeren weer meer voor de elite wordt, komt uiteindelijk iedereen ten goede. Minister van Onderwijs Ingrid van Engelshoven legt uit waarom.
“We moeten keuzes maken”, stelt Van Engelshoven. Zelf heeft ze twee studies kunnen volgen en mag ze zodoende meester doctorandus voor haar naam zetten. “Toen was het allemaal prima betaalbaar. Dat is nu helaas anders. De middelen bevinden zich nu eenmaal veel meer bij de elite, zodat ook het onderwijs zich moet aanpassen aan deze werkelijkheid.”
“Mijn partij (D66, red.) is natuurlijk van het onderwijs. Wij gaan voor kwaliteit, met als randvoorwaarde dat de kwantiteit op orde zijn. Zonder kwantiteit geen kwaliteit. Dus wat is er dan logischer dan dat we de rente op studieleningen omhoog bijstellen?”
“We hebben al zoveel gedaan, dat is waar. Het blijkt steeds onvoldoende. De mogelijkheden van de OV-jaarkaart zijn sterk beperkt, collegegelden worden continu verhoogd, en toch blijft het aantal studenten op HBO en WO toenemen. Tegelijkertijd kampen we met steeds minder lager opgeleiden, zodat allerlei beroepen van vakmensen in het gedrang komen.”
Het kabinet voorziet meerdere effecten. Armere studenten zullen minder snel gaan studeren. Er zullen zo minder studenten zijn, meer ruimte voor de student; de kwaliteit zal verbeteren.
‘Papa betaalt’ is onder gegoede studenten een bekende uitspraak. Minister van Engelshoven: “Armere studenten daarentegen zijn veel meer bezig met zaken onderin de piramide van Maslow, zoals voedsel, kleding en onderdak. Kijk hoe hard de huren zijn gestegen de afgelopen jaren, bijvoorbeeld. Studeren is zo extra zwaar voor hen.”
“We kunnen dan niet zeggen: omdat je het zwaar hebt, moeten we maar extra aandacht aan je zelfverwezenlijking op de universiteit besteden. Daar is tegenwoordig gewoon geen budget meer voor. Tegelijk willen we dus af van collegezalen met 500 studenten erin.”
“Wie steeds meer zullen overblijven, zijn studenten die met minder financiële zorgen leven. Ze zullen in het algemeen beter in staat zijn om af te studeren, een goede baan te vinden en zo de eventueel hogere studieschuld af te lossen. De sterkste schouders dragen zo meer de zwaarste lasten.”
“Het werk van vakmensen wordt relatief interessanter, maar niet alleen door deze maatregel. Ambachtslieden worden steeds schaarser, waardoor de klussen vaak voor het oprapen liggen en zij sowieso steeds meer kunnen vragen voor hun werk.”
Van Engelshoven resumeert: “Dus – én betere onderwijskwaliteit, én minder zorgen voor minder bedeelde jongeren, én minder krapte onder vakmensen, én een evenrediger verdeling van de lasten. Het is een veelsnijdend zwaard, waarmee wij werken. Zelfs de SP zal het met deze principes toch eens zijn.”
Wees de eerste om reactie te geven